In een coachgesprek met een leidinggevende vraag ik vaak naar ‘pivotal moments’: een cruciale gebeurtenis of leerervaring in iemands leven, die later van grote invloed bleek op zijn/haar ontwikkeling en succes.

In de afgelopen week hoorde ik de volgende antwoorden op die vraag:
– een docent die zijn vertrouwen in me uitsprak, op een moment dat ik dat nodig had.
– het verlies van een baan, waardoor ik gedwongen werd om na te denken over wat ik echt wilde.
– een levensles van m’n ouders, die me nu nog steeds steunt bij het maken van een lastige keuze.

De letterlijke vertaling van ‘pivot’ is ‘scharnier’. Pivotal moments zijn dus scharnierpunten in je leven. Soms zijn ze prettig, soms ook niet. Vaak zijn ze een beetje van beide.

In alle gevallen maken scharnierpunten dat je je bewuster wordt van wie je bent. Wat je kunt én wie je wilt zijn. Vervolgens kies je, vanuit die nieuwe helderheid, je vervolgacties.
Op het moment zelf is de impact van je keuze vaak nog niet duidelijk. In retrospectief zie je dat er na het scharnierpunt een nieuwe fase aanbrak of een nieuwe weg mogelijk werd.

In 2023 ging ik door meerdere ‘pivotal moments’. Als ouder verschoof ik van een zorgende rol naar een meer begeleidende rol – een shift die past bij twee tieners die nu naar de middelbare school gaan. Die afsluiting van een tijdperk vind ik enerzijds prettig én maakt me soms wat weemoedig.

De combinatie van drie rollen in één interimopdracht dwong me te kiezen voor waarmee ik nu écht de meeste impact maak op organisatievernieuwing. De keuze viel op waar ik het beste in ben en de meeste voldoening uithaal: het combineren van expertise in veranderkunde en nieuw leiderschap met de pragmatische begeleiding van teams en organisaties.

Ontmoetingen en verzoeken tot samenwerking maakten dat ik me realiseerde dat ik die impact niet meer alleen wil maken, maar dat ik nog krachtiger ben als ik die samen met anderen maak. Zo ontstonden de beginnetjes van vernieuwend samenwerken. Een voorbode voor 2024…

Nu is het eerst winter. Tijd om zaken af te ronden. De balans op te maken van 2023. Bijvoorbeeld met deze mooie oefening van Paul Byrne.

Het is nog geen tijd om nieuwe zaken te starten voor 2024, hoewel mijn hoofd vol ideeën zit. Die laat ik rustig rijpen in de komende weken, als zaadjes in de wintergrond. Des te meer kiemkracht hebben ze begin 2024!

Ik wens je een goede afronding van het jaar!

In mei 2020 postte ik dit filmpje over sensemaking: het proces van betekenis geven aan collectieve gebeurtenissen. We zaten toen midden in de eerste COVID-lockdown. Thuiswerken en thuisonderwijs, weet je nog? En ondertussen de onzekerheid over het verloop van de crisis. Ik weet niet hoe dat voor jullie was, maar ik voelde me regelmatig flink machteloos. Ik ben immers geen verpleegkundige of arts – maar had wél de behoefte om iets te doen dat hielp, hoe klein ook. Dat gevoel resulteerde in een vlogreeks van 12 delen, over hoe je leiding kunt nemen in onzekere en ongrijpbare tijden. Gewoon opgenomen in mijn buurt, onder het mom van ‘je hoeft niet op reis om jezelf te ontdekken’. 😉 Dit filmpje schoot ik zelfs op mijn dakterras.

De ongrijpbaarheid en onzekerheid bestaan nu nog steeds, zij het vanuit een andere hoek. Waar we het in 2020 hadden over staatssteun, het reproductiegetal en druk op de zorg, gaan de gesprekken nu over politiek, oorlog en tegenstellingen in de maatschappij. En dat maakt het nog steeds relevant om te begrijpen wat sensemaking is. De kern ervan? Dat we op basis van onze identiteit, ervaringen en socialisatie een eigen verhaal hebben over de realiteit. En over wat daarin wenselijk en onwenselijk is.

Sensemaking is een doorlopend proces. De wereld, onze interacties met de wereld en ons begrip van de wereld veranderen voortdurend. Hoe wij onszelf daartoe verhouden, raakt aan onze identiteit: het is wie we begrijpen dat we zijn in relatie tot de wereld om ons heen. Dat maakt het soms ook zo gevoelig om in gesprek te gaan over hoe je aankijkt tegen de politieke formatie, armoedebestrijding, klimaat… hierin wordt namelijk iets van jezelf geraakt, wat als reflex oplevert dat we ons willen verdedigen.

Sensemaking gebeurt in retrospectief: we geven betekenis aan betekenisvolle patronen op basis van onze ervaringen. Anders gezegd: voor je blik op de wereld maakt het nogal wat uit waar je geboren bent, met wie je omging en de voorbeelden die je gedurende je leven hebt gekregen. Dat zie ik elke dag terug in mijn coaching van leidinggevenden.

Kennis van sensemaking is geen wondermiddel voor alle uitdagingen in het hier en nu. Wel is het een recept voor wat meer begrip. We geven allemaal, de hele dag door, betekenis aan de wereld om ons heen. Niet eens met het doel daarin nauwkeurig en volledig te zijn – maar omdat we een voor onszelf aannemelijk beeld nodig hebben, om te besluiten wat het juiste is om te doen.

Als je dat begrijpt, hoef je het niet meer dan nu eens te zijn met de ander. Maar misschien maakt het je wel nieuwsgieriger naar de achtergrond van wat iemand zegt of doet, stel je een een belangstellende vraag. Wat dan weer goede ingrediënten zijn voor een goed gesprek en wat meer begrip. Een mooie gedachte voor de decembermaand. 😉

Voor de verandering beginnen we eens bij wat er goed gaat. ‘We’ zijn een selecte groep van managers, medewerkers en de opdrachtgever binnen een overheidsorganisatie. Ik sta voor de groep om hen een ochtend te begeleiden in de aftrap van hun cultuur- en leiderschapsprogramma. De centrale vraag van de sessie: ‘welk gedrag en leiderschap stellen ons in staat onze om inhoudelijke doelen te bereiken?’.

In veel organisaties waar ik kom, leidt deze vraag tot een opsomming van wat er allemaal niet goed gaat: een hoog verloop van personeel, weinig samenwerking tussen teams en afdelingen, micromanagement vanuit leidinggevenden, externe ontwikkelingen die impact hebben op het succes van de organisatie… Om er maar een paar te noemen.
En dat is logisch: je besluit immers om een extern bureau in te schakelen omdát er iets te veranderen valt.

Toch kiezen we deze ochtend bewust voor een focus op het positieve. Dat is er namelijk óók, naast de forse uitdagingen van deze organisatie. Ja, er zijn omstandigheden en wetgeving die maken dat professionals en leidinggevenden anders moeten gaan werken. Maar er zijn ook andere aspecten: nieuwsgierigheid en de bereidheid om te leren. Grote betrokkenheid op elkaar en ruimte om een hulpvraag te stellen. Vakmanschap en trots op het relevante werk dat de organisatie doet.

De aanpak van Waarderend Onderzoeken (Appreciative Inquiry) bewijst elke keer weer hoe het bevragen van kracht – in plaats van problemen – zorgt voor een positieve houding ten opzichte van de verandering, betrokkenheid en samenwerking tussen de verantwoordelijke veranderaars en een uitkomst van werkbare, vernieuwende oplossingen.
En dus begin ik deze startsessie met de uitspraak: ‘In deze organisatie gaat al veel goed, anders waren jullie niet waar je nu staat.’ Met dit als vertrekpunt werken we vervolgens aan een definitie van toekomstgericht leiderschap en effectieve samenwerking, analyseren we hoe we ze specifiek in deze organisatie kunnen realiseren en leggen we concrete vervolgstappen vast.

Het resultaat? Een gedeeld beeld van de toekomst en de ervaring dat alle ‘bloedgroepen’ daar een bijdrage aan hebben kunnen leveren. En vooral: mensen die zin hebben om mee vorm te geven aan de verandering. Meewerken aan het versterken van de kracht van een organisatie is namelijk veel leuker dan een steeds terugkerend probleem moeten oplossen! Toch?

Wat gaat er bij jou allemaal al goed?