Vanuit San Francisco volgen we de Democratic National Convention. Al drie weken toeren we door het noordwesten van de VS, langs borden met ‘Make America Great Again’ en met bijdragen van bekende en onbekende kandidaten in de verkiezingsdebatten op de autoradio. Inmiddels zitten we om de hoek van Kamala Harris’ geboortehuis, in Berkeley.
In de, doorgaans emotionele, speeches vanavond komt de zin ‘from the middle out and the bottom up’ regelmatig terug. Als in: vernieuwing start vaak niet vanaf de top, maar door ‘het midden’ sterker te maken en initiatieven die daar starten te helpen ‘boven te drijven’. Om ze vervolgens vanuit de top te versterken.
Ik ben geneigd te denken dat dat een metafoor is die op veel plaatsen opgaat. In onze (Nederlandse) maatschappij, waar een alleswetende en alles-verzorgende overheid geen realistisch beeld meer is, te midden van vele gelijktijdige veranderingen. Onze gezamenlijke uitdagingen vragen een inspanning van iedereen – waarbij de rol van de overheid soms ‘enkel’ is om lokale en regionale initiatieven te steunen en te vergroten.
Meerdere waterschappen en gemeenten zetten vanuit dit besef al stappen naar ‘buiten’. Ze verkennen de samenwerking met bedrijfsleven en onderwijsinstellingen, en vinden al lerend antwoorden op gezamenlijke uitdagingen.
Ook in organisaties is het beeld van ‘from the middle out and the bottom up’ een waardevol beeld. Van Jan van Laake leerde ik uit de praktijk hoe er in organisaties vaak kansrijke initiatieven ontstaan, ondanks (en niet dankzij) de aanwezigheid van leidinggevenden. De rol van de vernieuwende leider is om zoek te gaan naar díe initiatieven die passen bij de organisatievisie.
Dat vraagt drie specifieke zaken van het denken en doen van de vernieuwende leider:
1. allereerst het besef dat je het als leider niet alleen hóeft te doen. Kunt doen. Dat is het startpunt om op zoek te gaan naar mensen die je perspectief kunnen verrijken en je denken scherpen.
2. nieuwsgierigheid. Bevraag de collectieve kennis die in je organisatie aanwezig is, juist ook bij mensen die je gewoonlijk niet of nauwelijks spreekt. Zo hebben collega’s van de klantenservice en salescollega’s vaak een goed beeld van de impact van externe ontwikkelingen op de organisatie.
3. je kunnen verbinden met een diversiteit aan mensen. Mensen delen hun ideeën pas als ze je vertrouwen. Sta open voor halve en hele goede en rare ideeën. Spreek je waardering uit voor de moeite die mensen nemen om ze met je te delen. Laat je oordelen en adviezen even in de boardroom achter.
Vrij naar Harvard-professor Linda Hill: laat voor duurzaam vernieuwen geen enkele kans op geniale ideeën onbenut. Het is waardevol om eens te onderzoeken hoeveel daarvan buiten de boardroom liggen.